Wetgeving voor nooddouches: zes belangrijke aanbevelingen

icon.highlightedarticle.dark Nood- en oogdouches
50 bekeken Laatste wijziging: 13 maart 2024
Oogdouche
Oogdouche | Foto: Denios

De wetgeving voor nooddouches – EN 15154 – bevat veel technische richtlijnen ten aanzien van de veiligheid, maar schiet in de praktijk tekort. Welke zes zaken ontbreken er in de normering en hoe kun je daar het best zelf op inspelen?

Niemand zit te wachten op een calamiteit op het laboratorium. Daarom doe je er als labmanager alles aan om de veiligheid te waarborgen. Er zijn oog- en lichaamsdouches aanwezig, je hebt de ‘checklist voor goed gebruik’ doorgenomen en je laat de nooddouches regelmatig testen. Laat die audit maar komen, want jij voldoet aan de wetgeving. Maar voldoet die wetgeving wel?

Wetgeving noodapparatuur onvolledig

Thijs-Jan Stolker (opent in Linkedin), Technical & Development manager bij Denios en expert op het gebied van opslag van gevaarlijke stoffen en arbeidsveiligheid, meent dat de huidige technische eisen – omschreven in de Europese EN 15154 productnorm – en advies vanuit de PGS 15 richtlijn voor veiligheidsdouches, op meerdere punten onvolledig is.

“En dat is zonde, want het veiligheidseffect van dit soort noodapparatuur valt of staat bij goed gebruik. Er is op dit moment veel grijs gebied tussen de technische richtlijn en de praktijk.”

Nederlandse Praktijk Richtlijn (NPR)

Hij is lid geworden van de normsubcommissie voor het ontwikkelen van een Nederlandse Praktijk Richtlijn (NPR) met als doel om – na de herziening van de EU norm – een extra praktijkrichtlijn voor nood- en oogdouches op te zetten.

“De veiligheid van labmedewerkers ligt niet alleen bij het lab, maar ook bij de producent, installateur en bij ons als leverancier.”

“Als je wel een lichaamsdouche hebt, maar geen oogdouche, is dat dan voldoende?”
Thijs-Jan Stolker, Technical & Development manager bij Denios
Nooddouche
Nooddouche | foto:Denios

Zes aanbevelingen voor de toepassing van nood- en oogdouches / NPR

De EN 15154 normering betreft :

  • de prestaties
  • het sproeipatroon
  • het debiet
  • de installatie
  • de bediening
  • de markering
  • aangevuld met een advies voor de watertemperatuur.

Stolker ziet daarin verbetering door de toepassing van de NPR. De focus ligt op een aantal belangrijke punten, zoals:

  • risicodifferentiatie
  • bereikbaarheid
  • watertemperatuur
  • het aantal benodigde douches per laboratorium
  • inspectie en onderhoud van de nood- en oogdouches.

Goed om hier zelf ook eens kritisch naar te kijken.

Duidelijk gemarkeerd: de oogdouche
Duidelijk gemarkeerd: de oogdouche | foto:Adobe Stock

  1. Benoem het aantal douches
    Een nooddouche moet eenvoudig en snel te bereiken zijn. Dat is duidelijk. Maar hoeveel douches je in totaal moet hebben en welke soort dit moet zijn, staat er niet. Als je dan bijvoorbeeld wel een lichaamsdouche hebt, maar geen oogdouche, is dat dan voldoende? Om dit duidelijk te bepalen kan gebruik worden gemaakt van een maximale afstand of tijd vanaf de werkplek tot aan de douche.
  2. Pas de grens voor de watertemperatuur aan
    In de EN 15154 is het advies voor de watertemperatuur van nood- en oogdouches 15-37 ºC. Stolker: “Persoonlijk vind ik dat een te ruime marge. Vanuit Denios adviseren wij een temperatuur tussen de 20-25 ºC, omdat lauwwarm de prettigste temperatuur is om bij te spoelen. Anders houd je het geen 15 minuten vol.” Tevens vermindert dit de kans op hypothermie (zg. koudeshock) en het risico op legionella.Je kunt de temperatuur relatief eenvoudig met boilers en veiligheidsthermostaten verzorgen, maar die kan of wil niet iedereen aanschaffen. Voor oogdouches die bij een wasbak worden gemonteerd, is vaak al een warmwaterleiding voorzien. De juiste mix van warm en koud water kan daarbij middels een veiligheidsthermostaat worden geregeld. Nooddouches worden vanwege het debiet veelal aangesloten op een hoofdleiding en zijn dan alleen voorzien van koud water. Voor lichaamsdouches zijn de voorzieningen daardoor vaak moeilijker te realiseren.
  3. Voeg bij de montagevoorschriften ook een dieptemaat toe
    Er is geen volledige richtlijn voor de montage van een oogdouche; wel voor de hoogte, maar niet voor de diepte. Hoe moet een klein persoon of iemand in een rolstoel dan bij een oogdouche komen als deze op een wasbak is gemonteerd met een diepte van 75 cm? Stolker: “Schaf hiervoor een oogdouche met een uittrekbare slang aan.”
  4. Pas risicodifferentiatie toe
    De normen en richtlijnen gelden voor alle plaatsen waar een risico heerst om in contact te komen met gevaarlijke stoffen, ook al is het in een kleine hoeveelheid. Dus ook die fabriekshal, garage van de schilder of practicumlokaal op een middelbare school. Stolker: “Hierin kan je een differentiatie maken op basis van een hoog/laag risico-omgeving en het soort werkzaamheden die worden uitgevoerd. Een geavanceerde stand-alone tankdouche bij een schilder plaatsen staat niet in verhouding tot de risico’s die zich kunnen voordoen.”
  5. Maak een duidelijke richtlijn voor waterkwaliteit en legionellapreventie
    Er wordt in de huidige EN 15154 niet gesproken over legionellabeheersing. Wel over de kwaliteit van het spoelwater en dat deze van dezelfde kwaliteit moet zijn als drinkwater. Er zijn veel factoren op het laboratorium die deze kwaliteit kunnen beïnvloeden.Bijkomend kan een nooddouche voor de drinkwaterinstallatie gezien worden als ontvangsttoestel, maar ook als noodvoorziening. Bij een ontvangsttoestel moet tot aan het tappunt drinkwaterkwaliteit gegarandeerd zijn, bij een noodvoorziening zou dat anders kunnen zijn. Hier is een terugstroombeveiliging nodig.In de praktijk zijn nooddouches zelfs op leidingen voor blus- of proceswater aangesloten. Gebruik van deze noodvoorzieningen kan grote gevolgen voor de gezondheid hebben.
  6. Maak duidelijke voorschriften voor onderhoud en inspectie
    De keuze van de juiste nood- /oogdouche, de plaats in het laboratorium en een correcte installatie geven een goede basis. Om de veilige en juiste werking te waarborgen, moet er regelmatig onderhoud en inspectie worden uitgevoerd. Hiervoor zijn vaste schema’s en een periodieke controle door een vakkundig specialist noodzakelijk.

Thijs-Jan Stolker
Thijs-Jan Stolker | foto:Marco Vellinga
“Wat de EN 15154 normering betreft zien we als Denios verbetering door de toepassing van de NPR”
Thijs-Jan Stolker

Diverse invalshoeken binnen de NPR stuurgroep

De normsubcommissie doet haar best om alle adviezen ter verbetering van de wetgeving samen te brengen. Dat is een goed streven, maar geen gemakkelijke taak.

Stolker: “In de commissie zitten allerlei specialisten met een verschillende achtergrond en eigen, valide visies. Denk aan labarchitecten, leveranciers, veiligheidsadviseurs, installatietechnici, producenten, etcetera. Iedereen heeft stuk voor stuk input, maar allemaal vanuit een andere invalshoek. Dat is ontzettend interessant.”

Hij besluit: “We zijn zeer betrokken en verwachten dat de herziening van de norm en het opstellen van de NPR in 2024 kan worden afgerond.”

Dit is wat je moet weten over oog- en nooddouches

Veiligheidsdouches en de PGS 15

Nooddouches: checklist voor goed gebruik en onderhoud

Nooddouches – veiligheidsdouches; nut of noodzaak?

Profile picture of Vanessa Appelman M.Sc.

Geschreven door Vanessa Appelman M.Sc.

Lees meer van Vanessa Appelman M.Sc.icon.arrow--dark

Blijf op de hoogte en mis geen artikel

Abonnerenicon.arrow--dark