Hematologie lab | Foto: Adobe Stock
Biomedische labs zitten in een transitie naar een organisatie met procesoperators en vakinhoudelijke analisten die uitslagen beoordelen op juistheid en uitslagen autoriseren. Vooral laboratoria die 24/7 draaien lopen nu tegen praktische problemen aan door hiaten in de kennis van net opgeleide biomedisch analisten die nog in de huidige labstructuur instromen. Wat te doen?
Biomedische labs worstelen met het vinden van een balans om de nieuwe lichting biomedisch analisten in te passen in de bestaande organisatiestructuur. Bottleneck is het gebrek aan kennis van de schoolverlaters die een opleiding hebben genoten, gericht op het biomedische lab van de toekomst. Een sterk geautomatiseerd lab, waar parate kennis minder van belang is. Zo ver is het nog niet. In de huidige structuur is de biomedische analist nog zelf verantwoordelijk voor de eigen resultaten en interpreteert die zelf of een uitslag wel of niet juist is en of deze doorgegeven mag worden. De kennis die hiervoor nodig is, krijgt de nieuwe analist niet meer op school en daarmee is er een probleem.
Mismatch biomedische kennis
De nieuwe lichting biomedisch analisten is allround opgeleid. Kent de referentiewaarden van diverse bepalingen niet meer uit het hoofd. Ook specifieke achtergrondkennis voor de interpretatie van deze waarden ontbreekt. Dit kennisniveau is toereikend als de analist slechts een analyzer in de lucht hoeft te houden, maar schiet tekort als deze analist zelf moet bepalen of een uitslag door mag of niet.
“De hervorming van schoolopleidingen gaat sneller dan de verandering van organisatiestructuur op de medische labs”
Tijd speelt hier de biomedische labs parten. De transitie naar een organisatie met procesoperators en vakinhoudelijke analisten die uitslagen beoordelen op juistheid en vervolgens de uitslagen autoriseren, gaat eenvoudig weg niet snel genoeg. Dit speelt het sterkst bij 24/7 laboratoria, waar gespecialiseerde analisten nu eenmaal niet altijd op de werkvloer zijn om te assisteren.
De hervorming van schoolopleidingen gaat sneller dan de verandering van organisatiestructuur op de medische labs. Met reden. Voor de transitie moet de logistiek worden aangepast. Ook is er nieuwe gerobotiseerde apparatuur nodig om grotere volumes weg te kunnen wegdraaien. De met dit proces gepaard gaande samenwerking of fusies zijn bovendien tijdrovend, waardoor het te weinig opschiet.
“De transitie naar een organisatie met procesoperators en vakinhoudelijke analisten die uitslagen beoordelen op juistheid en vervolgens de uitslagen autoriseren, gaat niet snel genoeg”
Hogere output biomedisch analisten
Tegelijk zijn ook de voordelen van de nieuwe opleiding evident: kostenbesparingen door automatisering. Hierdoor zijn er minder gespecialiseerde analisten nodig en kan er meer werk door minder biomedische analisten worden gedaan. Dat is een opsteker gezien de schaarste aan gespecialiseerd personeel.
Het zal nog wel even duren voor de transitie voltooid is. Tot die tijd blijft het runnen van een biomedisch lab een beetje een balanceeract. Voor de integratie van deze twee werelden is helaas nog geen procedure beschikbaar.
