Silliker in Ede meldt een sterk toegenomen belangstelling voor DNA-analyses voor de herkomstbepaling van diersoorten in vleesproducten. Een teken dat de voedingsindustrie en hun afnemers er niet gerust op zijn dat in producten paardenvlees is verwerkt zonder dit op het etiket te zetten.
De kosten voor dit soort testen zijn relatief hoog, zeker in een sector waar elke cent telt. De analyseprijs bedraagt circa 150 euro per monster voor de aan- of afwezigheid van een bepaalde diersoort. Dit is afhankelijk van de gewenste, technische info. Dit zijn globale richtprijzen, voor exacte analysekosten moeten bij contractlaboratoria offertes worden opgevraagd. De doorlooptijd bedraagt 3-5 werkdagen van dit soort testen, meldt Peter van der Steege, commercieel manager bij Silliker. Dit contractlaboratorium schakelt zusterbedrijf Biofortis in, dat ook deel uitmaakt van Mérieux NutriSciences.
De aanwezigheid van paardenvlees in voedingsproducten en voedingsingrediënten, zoals vlees, wordt door dit laboratorium gedaan aan de hand van het DNA-profiel, met behulp van PCR. Het laboratorium kan in diervoeder- en voedselproducten identificeren: geit, rund, varken, paard, schaap, kip, kalkoen, eend, gans, ree, hert, damhert e.a. Alle diersoort identificatie analyses zijn door Biofortis gevalideerd voor specificiteit, waardoor kruisreacties met ander dierlijk of plantaardig DNA worden uitgesloten. De methoden die Biofortis gebruikt identificeren een gen in gewervelden, dat het cytochrome b (CytB) codeert, het molecuul dat verantwoordelijk is voor het transport van electronen van het mitochondriaal membraan, onderdeel van de Citroenzuurcyclus. Het DNA van het CytB gen vertoont enkele variaties tussen soorten, die gebruikt kunnen worden voor discriminatie/detectie. Alle Biofortis analyses zijn gevalideerd op een detectieniveau van 0,1% (specifiek DNA/totaal dierlijk DNA), behalve voor de paardenvlees PCR die een detectieniveau van 0,5% heeft (gewicht/gewicht).
