Hieronder vind je de antwoorden op de vragen:
Vraag 1:
Wat is de primaire verantwoordelijkheid van het laboratoriummanagement volgens de norm?
A) Het opstellen van werkinstructies voor laboranten.
B) Het bewaken en continu verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem.
C) Het uitvoeren van alle interne audits.
D) Het controleren van apparatuur in het laboratorium.
Het juiste antwoord is B: Het laboratoriummanagement is verantwoordelijk voor het bewaken en continu verbeteren van het kwaliteitsmanagementsysteem.
Vraag 2:
Wie is volgens de norm verantwoordelijk voor het beoordelen en beheersen van risico’s binnen het kwaliteitsmanagementsysteem?
A) De laboranten.
B) De kwaliteitsfunctionaris.
C) Het laboratoriummanagement.
D) De externe auditor.
C: Risicobeoordeling en -beheersing vallen onder de verantwoordelijkheid van het laboratoriummanagement.
Vraag 3:
Waar/Niet waar:
Het documenteren van een afwijking is voldoende om aan de norm te voldoen.
Niet waar: De norm vereist niet alleen dat afwijkingen worden vastgelegd, maar ook dat er corrigerende maatregelen worden genomen en de oorzaken grondig worden geanalyseerd.
Vraag 4:
Je merkt tijdens een interne audit dat bepaalde correctieve maatregelen na een afwijking niet volledig zijn doorgevoerd. Wat is je eerste stap als manager?
A) Zelf de afwijking oplossen zonder overleg.
B) De afwijking rapporteren aan een externe auditor.
C) Het team aanspreken en samen een diepgaande oorzaak-analyse uitvoeren.
D) De afwijking negeren, omdat deze slechts een klein effect heeft.
C: Een diepgaande analyse helpt bij het identificeren van de oorzaak en voorkomt herhaling.
Vraag 5:
Wat is een van de voordelen van effectieve norminterpretatie als manager?
A) Het verminderen van interne audits.
B) Het besparen van kosten door efficiënter te werken.
C) Het elimineren van kwaliteitscontroles.
D) Het vervangen van de rol van de kwaliteitsfunctionaris.
B: Een goede norminterpretatie helpt bij efficiënter werken en kan kosten besparen.
Vraag 6:
Een laboratorium werkt al jaren met dezelfde processen, maar een recente audit wijst uit dat er structurele verbeteringen nodig zijn. Wat verwacht de norm van jou als manager?
A) De norm pas toepassen bij de volgende audit.
B) Verantwoordelijkheid nemen door een verbeterplan te initiëren en te borgen in het kwaliteitsmanagementsysteem.
C) De kwaliteitsfunctionaris de volledige verantwoordelijkheid geven.
D) De oude werkwijze verdedigen zolang er geen klachten zijn.
B: De norm verwacht dat management verantwoordelijkheid neemt voor continue verbetering.
Vraag 7:
Waar/Niet waar:
De norm verwacht dat het management actief betrokken is bij het vaststellen, beoordelen en bijsturen van kwaliteitsdoelstellingen.
Waar: Het management speelt een cruciale rol in het formuleren van doelstellingen, het monitoren van prestaties en het stimuleren van continue verbetering.
