Robert van Leijenhorst, oprichter en ceo van Endurance Service, heeft een 11-stappenplan gemaakt, waarmee laboratoria zomaar tot 30% energie kunnen besparen | Foto: Marco Vellinga
Voor 10-20% energiebesparing op je lab hoef je de hele boel echt niet overhoop te gooien. Kijk gewoon eens kritisch naar de instellingen van je laboratorium, het gebruik van de apparatuur en het klimaat- en ventilatiesysteem. Zo kom je al snel achter punten van energieverlies. Die je vervolgens zelf kunt aanpassen.
Je lab herinrichten. Dat klinkt als extra werk. En dat kost tijd en geld. Maar een lagere energierekening aan het einde van de maand klinkt wel fijn. Zeker als je laboratorium daarna nog steeds veilig en ‘auditproof’ is.
Robert van Leijenhorst, ceo van Endurance Service, meent dat dit kan. “Als je de inrichting van een laboratorium bekijkt vanuit het oogpunt om zo min mogelijk energie te verbruiken, kom je tot andere instellingen en gebruik van de ruimte en apparatuur dan nu vaak het geval is.”
Flowkast of zuurkast op lager debiet
Van Leijenhorst vervolgt: “Bij de nieuwbouw van een lab doen we veel ‘omdat dat altijd zo is’ of volgen we de regels en richtlijnen die vanuit arbo en veiligheid zijn opgesteld. Maar de regels uit ’60/’70 zijn eigenlijk nooit echt aangepast.
Neem bijvoorbeeld de laminaire flowkast of zuurkast op het laboratorium; producenten hebben de focus om met een lager debiet dezelfde veiligheid te garanderen. Daar moet de rest van de techniek dan wel op afgestemd zijn en dat is niet altijd het geval.
“Niet alles hoeft anders of nieuw, het is een kwestie
van slimmer inrichten”
Robert van Leijenhorst, ceo van Endurance Service
Voor chemicaliënkasten en puntafzuigingen worden zelfs standaarddebieten in het ontwerp voorgeschreven. Maar men is zich er niet bewust van hoeveel energie daar per jaar mee verbruikt wordt.
“Een microbiologische veiligheidswerkbank met een trekonderbreker afzuigen in het kader van ‘baat het niet dan schaadt het niet’, kan zo duizenden euro’s per jaar aan energie kosten.”
Tip van Van Leijenhorst in dit kader: “Ga je opstellingen eens na en denk met elkaar na over creatieve oplossingen, waarbij de veiligheid voor de laboranten nooit in het geding komt. De arbo- of KAM-coördinator is hier een goede sparringpartner voor.”
“Nog een winstpakker: verlaag de temperatuur van het verwarmingswater van 85 graden naar 45 graden”
Robert van Leijenhorst, ceo van Endurance Service
tk1 Moeten afzuigpunten altijd aan?
Van Leijenhorst geeft als geruststelling mee dat je lab helemaal niet over de kop hoeft, maar dat de aanpassingen vaak simpel zijn:
- Je kunt bijvoorbeeld de labventilatie minimaliseren als er niemand aanwezig is
- En denk als gebruiker en veiligheidsfunctionaris eens na welke afzuigpunten buiten werking gezet kunnen worden
- Nog een winstpakker: verlaag de temperatuur van het verwarmingswater van 85 graden naar 45 graden.
“Niet alles hoeft anders of nieuw, het is een kwestie van slimmer inrichten.” Soms vraagt dit om de montage van een aanpasbare ventilatieklep, maar door een strategische positie te kiezen hoeft dit niet direct tot exorbitante kosten te leiden.
Ventilatiesysteem beter afstellen
Je ventilatiesysteem beter afstellen of een aantal onderdelen vernieuwen kan al voldoende zijn. Mits je dit op de juiste – kritische – plekken doet. Je kunt zo tot 10-20% op je energieverbruik besparen.
Soms zijn grotere ingrepen nodig om tot meer energiebesparing te komen, bijvoorbeeld technische aanpassingen aan het luchtkanalensysteem. Deze worden vaak buiten het investeringsbudget gelaten.
Van Leijenhorst: “Als je deze wel meeneemt, spreken we al gauw over een besparing van 30%. Vooral bij gebouwen van na 2000 is nog heel veel te halen.”
“De processen zijn nog steeds op orde en je labcollega’s kunnen veilig werken, maar er wordt veel minder energie verbruikt’”
Robert van Leijenhorst, ceo van Endurance Service
tk2 Energie als ondergeschoven kindje
In zijn 11-stappenplan geeft Van Leijenhorst handvatten om het klimaat- en ventilatiesysteem van een laboratorium in kaart te brengen en te verbeteren.
“Dat vereist wel creatief denken en kennis van zaken. Installateurs en energie-auditoren hebben de technische kennis wel, maar missen vaak de specifieke laboratoriumkennis.
Ik heb beide in huis, waardoor ik de grenzen van het klimaat- of ventilatiesysteem of de gebouwsoftware goed kan inschatten. Zo gaat het energieverbruik omlaag, terwijl de labprocessen op orde blijven en iedereen veilig efficiënt kan blijven werken.”
Nulmeting in je laboratorium
Als je het hebt over ventilatievoud en energieverbruik, dan is ‘energie’ altijd het ondergeschoven kindje. Deze zou in de labwereld een prominentere rol mogen krijgen, stelt hij.
“We denken namelijk altijd aan de veiligheid – en dat is goed natuurlijk – en hebben daar tal van regels voor, maar we moeten het energieverbruik hier los van zien.”
Van Leijenhorst pleit ervoor om alle richtlijnen met betrekking tot ventilatie in laboratoria kritisch te beoordelen op energieverbruik. Hij besluit: “Om te beginnen met een nulmeting in je lab, je zult versteld staan van wat er op dat gebied nog te halen valt…”