Maak je op de werkplek gebruik van ototoxische stoffen? Blootstelling aan deze stoffen kan schadelijk zijn voor het gehoor, het binnenoor of de gehoorzenuw beschadigen. Tinnitus (oorsuizen), problemen met het evenwicht en (tijdelijk) gehoorverlies zijn bekende symptomen. Ototoxische stoffen kom je naast geneesmiddelen ook vaker dan je denkt tegen op de werkplek.
In de farmaceutische industrie worden ototoxische stoffen vaak gebruikt en verwerkt bij het produceren van geneesmiddelen. Denk hierbij aan verschillende soorten antibiotica, waarvan bij een aantal soorten wetenschappelijk bewezen is dat langdurig gebruik schadelijk kan zijn voor het gehoor.
Ototoxische stoffen worden ook verwerkt in geneesmiddelen zoals cytostatica, gebruikt bij de behandelijk van diverse soorten kanker. Hierbij kun je denken aan cisplatine (CAS: 15663-27-1) en carboplatine (CAS: 41575-94-4). Blootstelling aan deze stoffen kan leiden tot tijdelijk of zelfs blijvend verlies van het gehoor.
Andere geneesmiddelen waarin ototoxische stoffen zijn verwerkt zijn de niet-steroïde anti-inflammatoire geneesmiddelen (NSAID’s). Denk hierbij aan aspirine (acetylsalicylzuur, CAS: 50-78-2), ibuprofen (CAS: 15687-27-1) en paracetamol (acetaminophen, CAS: 103-90-2). Deze medicijnen gebruiken we vaak thuis en op het werk bij pijnklachten en koorts.
Het meest bekende voorbeeld van ototoxische stoffen op de werkplek is de stof tolueen (CAS nummer: 108-88-3). De stof tolueen (ook vermeldt op de SZW-lijst als reprotoxische stof) is vaak als bestanddeel verwerkt in lijmen, kitten, coatings en verf(verdunners). Op termijn kan een hoge mate van blootstelling leiden tot tijdelijke of blijvende schade aan het gehoor.
Andere voorbeelden van ototoxische stoffen op de werkplek zijn styreen (CAS nummer: 100-42-5) en ethylbenzeen (CAS nummer: 100-41-4). Styreen wordt vaak gebruikt bij het produceren van plastic en rubber. De stof ethylbenzeen wordt vaak gebruikt bij het produceren van chemicaliën en brandstoffen.
Ototoxische stoffen kom je ook vaak tegen in oplosmiddelen en pesticiden. Het is van sommige zware metalen bekend dat deze ook ototoxisch zijn. Hierbij kun je denken aan koper, mangaan, cadmium, lood en kwik dat vaak gebruikt worden bij het bewerken (lassen, slijpen etc.) van metaal. Blootstelling aan deze stoffen kan ook op termijn leiden tot schade aan het gehoor.
De symptomen van gehoorschade kunnen verschillend zijn per persoon. Het is namelijk afhankelijk van de gebruikte stof, de mate en de duur van de blootstelling aan ototoxische stoffen. De klachten van gehoorschade kunnen tijdelijk of blijvend zijn en variëren van mild tot ernstig.
Een bekend ototoxisch symptoon is tinnitus (oorsuizen). Als mensen dit hebben horen ze constant een zoem- of fluitend geluid. Als er door blootstelling aan ototoxische stoffen schade ontstaat aan de gehoorzenuw kan dat leiden tot (draai)duizeligheid of problemen met het evenwicht.
Om klachten te voorkomen is het uitvoeren van een verdiepende risico-inventarisatie en evaluatie een belangrijke eerste stap. Op basis daarvan kan men binnen de organisatie maatregelen nemen om de kans op schade aan het gehoor te beperken tot het minimum.
Net als bij CMR-stoffen is het bij ototoxische stoffen aan te raden om de STOP-strategie te hanteren. Doe onderzoek of je een stof kunt vervangen door een minder schadelijk alternatief. Als dat niet mogelijk is, kun je technische maatregelen, organisatorische maatregelen (taakroulatie) nemen en kiezen voor de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen om de stof veilig te gebruiken.
Daarnaast is het advies om periodiek een gehoortest af te nemen bij de werknemers. Door dit te doen kan eventuele gehoorschade in een vroegtijdig stadium worden opgespoord. De gehoortest is dan ook een goede aanvulling op het Periodiek Arbeidsgezondheidskundig Onderzoek (PAGO), welke binnen veel bedrijven wordt ingezet.