Zijn onderzoek richt zich op het verbeteren van de efficiëntie en kosten van waterstoftechnologie, met als doel een brug te slaan tussen fundamenteel onderzoek en praktische toepassingen. In het lab onderzoekt zijn team de werking van elektrolysers en brandstofcellen, waarbij ze nauwkeurig de rol van elektroden en de impact van variabele waterstofsamenstellingen en temperaturen bestuderen.

Waterstofbrandstofcellen in transportsector

Aravind combineert experimenteel onderzoek met computermodellen om energieverliezen in systemen te analyseren, zoals in de HydroHub op de Zernike Campus. Hij werkt ook samen met industriële partners om waterstof in te zetten in de transportsector, waar het gebruik van waterstofbrandstofcellen voordelen biedt zoals laag gewicht en lange actieradius.

Potentieel in waterstoftechnologie in alledaagse objecten

Een opvallend project uit Aravinds tijd bij de TU Delft is een toilet dat waterstof uit menselijke uitwerpselen omzet in elektriciteit, wat de noodzaak voor conventionele rioolzuivering vermindert en een nieuwe energiebron biedt. Aravind ziet potentieel in waterstoftechnologie om alledaagse objecten, zoals auto’s, om te vormen tot energiecentrales, en benadrukt de unieke positie van Noord-Nederland als Hydrogen Valley, waar de ontwikkeling van de waterstofeconomie in Europa een vlucht neemt.