Anita te Riet | QAducation
Anita te Riet | QAducation
Maak de risicoanalyse niet zo gecompliceerd dat je door de bomen het bos niet meer ziet. Begin klein, pak één proces(onderdeel) en breid dat langzaam uit naar de overige processen. Risico’s in kaart brengen is stap 1, maar je moet er ook iets mee doen.
Maak er geen QA-feestje van, maar betrek de mensen die betrokken zijn bij de uitvoering van de processen waarvan je de risico’s in kaart wilt brengen. Zij weten het beste waar de risico’s (en zeker ook de kansen) in het proces zitten. Neem die input serieus en verwerk deze in de risicoanalyse. Als men ervaart dat er ook daadwerkelijk iets gedaan wordt met hun input, zullen ze eerder geneigd zijn die vaker te leveren.
Zorg voor een helder overzicht. Risico’s in de categorieën ‘klein, middel, groot’ geven vaak voldoende informatie. Hou het daar bij. Schat wat je benoemt, in op basis van de kans. Gebeurt het vaak, soms, of zelden? Zo houd je het behapbaar en kan iedereen een beeld vormen van de impact van bepaalde risico’s en of de uitkomst al dan niet acceptabel is.
Voel je niet gedwongen om een risicomanagementsysteem in te voeren. Zowel ISO 9001 alsook ISO 17025 noemen ISO 31000 als hulpmiddel om een risicoanalyse op te zetten. Dat kan zeker een nuttig naslagwerk zijn; zie het als een leidraad hoe risico’s in kaart te brengen, maar niet als een verplichting.
Zet risico’s en kansen structureel op de agenda. Hierdoor houd je het actueel, wordt het vanzelf een routinematig onderwerp en gaan mensen proactief input leveren. Als de risicoanalyse goed in elkaar zit en maatregelen het beoogde effect hebben, dan komt het enthousiasme vanzelf en ook de input vanuit de diverse afdelingen. Je zult merken dat aantallen klachten en afwijkingen gaan afnemen. Dus zijn minder corrigerende maatregelen nodig – hoe fijn is dat!
Schrijf je in voor de cursus: