Zoals voorgeschreven door NEN-EN-ISO 15189:2012 dienen testmethoden gevalideerd te zijn en moet de meetonzekerheid ervan
zijn bepaald. Voor medische testmethoden is de strikt metrologische bepalingswijze van de meetonzekerheid bijzonder complex
en tijdrovend. Voor de praktijk zijn er dus andere en meer toegankelijke methoden gewenst. Over deze methoden gaat de cursus.
Je werkt zoveel mogelijk met gegevens uit de validatie en QC. In de cursus wisselen de presentaties elkaar af met opgaven.
Jij bent
Leidinggevende, (hoofd- en eerste) analist of kwaliteitscoördinator met kennis van statistische grondbeginselen
Inhoud
1. Als inleiding stippen we de theoretische en metrologische aspecten van meetonzekerheid aan. Daarbij behandelen we de
zgn. bottom-up benadering.
2. Het zwaartepunt ligt op praktische bepalingswijzen, de top-down benadering. Hierbij wordt gewerkt op een soortgelijke
manier als tijdens methodevalidatie.
3. De volgende onderwerpen komen aan bod: gebruik van gegevens uit validatie en QC, bouwstenen van onzekerheid (bij een
complete bepaling zijn deze afgedekt), speciale relatie tussen meetonzekerheid en externe QC’s en meetonzekerheid als
combinatie van bias en precisie, de gecombineerde bepalingswijze door middel van RMS. We kijken tevens naar de relatie
tot total error.